
Wanneer weet je dat het tijd is?
Bij ons in het wooncentrum zie ik het vaak gebeuren: de partner of dochter die iemand komt brengen. Moe. Twijfelend. Alsof ze zich schuldig voelen. Alsof ze ‘te snel’ hebben opgegeven.
En dat terwijl het ‘zolang mogelijk thuis wonen’ eigenlijk allang gepasseerd was.
De twijfel die vreet
Er is veel weerzin tegen het verpleeghuis. En ik snap het. De media staan vol met berichten over personeelstekort, fouten en schrijnende situaties. Ouderenmishandeling. Bureaucratie. Bezuinigingen.
Maar dat is niet het hele verhaal.
Ik zie ook de werkelijkheid van alledag: mensen met dementie die de weg kwijt zijn in hun eigen huis. Die vergeten dat ze net gegeten hebben. Die een warme pan op een plastic snijplank zetten. Partners die waken, al maanden, en die nergens meer aan toekomen behalve zorgen.
Het ‘te vroeg’ bestaat bijna niet. Veel vaker is het al te laat.
Schuldgevoel of realiteit?
Toch is er dat knagende gevoel bij de mantelzorger: “Heb ik het te snel opgegeven?”
Ze hadden het beloofd, ooit. Ze wilden zorgen tot het niet meer ging.
Maar wanneer gaat het niet meer?
Is het als je partner wegloopt en je hem in de tuin terugvindt?
Of als je al drie maanden geen fatsoenlijke nacht meer hebt gehad?
Gewoon menselijk
Ik vind het belangrijk dat we hierover praten zonder oordeel. Dat we ruimte maken voor twijfel, verdriet én opluchting. Want het is alle drie waar.
Je hoeft het niet alleen te doen. En je hoeft je niet schuldig te voelen als het thuis niet meer veilig is.
Wil je daar eens over praten, zonder verplichting? Je bent welkom.
Je kunt bij mij terecht voor een goed gesprek, eerlijke ondersteuning en het hervinden van houvast.
Neem gerust contact met me op via www.judithbouw.nl/contact
Volgende week: ‘Wanneer is het genoeg?’
In mijn volgende blog schrijf ik over hoe je als mantelzorger eerder kunt herkennen dat het te veel wordt — nog vóórdat je zelf uitvalt. Want soms wil je het nog volhouden, maar verlies je jezelf in het zorgen.
Geen reacties gevonden.